Op 7 november 2024 oordeelde de Rechtbank Noord-Nederland dat het belastingrentepercentage voor de vennootschapsbelasting te hoog was en in strijd is met het evenredigheidsbeginsel. Deze uitspraak stuitte op weerstand bij de Belastingdienst, die besloot in beroep te gaan bij de Hoge Raad. De kwestie leidde tot een golf van bezwaren tegen aanslagen waarin belastingrente was berekend. Als reactie hierop heeft de Staatssecretaris op 14 februari 2025 al deze bezwaren aangemerkt als “massaal bezwaar”, wat wijst op de omvang en het belang van deze fiscale kwestie.
De belastingrente voor de vennootschapsbelasting heeft de afgelopen jaren aanzienlijke schommelingen gekend. Van 1 oktober 2020 tot en met 31 december 2021 bedroeg het percentage 4%. Vervolgens steeg het naar 8% voor de jaren 2022 en 2023. In 2024 bereikte het een piek van 10%, waarna het voor 2025 licht daalde naar 9%. Opvallend is dat deze percentages geen directe relatie hebben met normale spaar- of bankrentes. Tot en met 2023 was de belastingrente rechtstreeks gekoppeld aan de wettelijke rente op handelstransacties. Vanaf 1 januari 2024 is er een nieuwe methode geïntroduceerd: de belastingrente wordt nu vastgesteld aan de hand van de ECB-rente op basis van herfinancieringstransacties.
Wat moet ik doen?
Als u bezwaar heeft aangetekend tegen een definitieve aanslag vennootschapsbelasting waarin belastingrente is berekend, valt uw bezwaar automatisch onder het “massaal bezwaar”. Na de uitspraak van de Hoge Raad hoeft u niet te wachten op een individuele brief van de Belastingdienst. De afhandeling van uw bezwaar zal als volgt verlopen:
- Indien de Hoge Raad de uitspraak van de Rechtbank Noord-Nederland bevestigt:
- Uw aanslag wordt automatisch verminderd met de lagere belastingrente.
- Dit gebeurt binnen 6 maanden na de uitspraak van de Hoge Raad.
- Indien de Hoge Raad het standpunt van de Belastingdienst volgt:
- U dient het resterende bedrag van de aanslag, specifiek het deel betreffende de belastingrente, te voldoen.
Noot: Het antwoord is gebaseerd op de bij ons bekende wetgeving en jurisprudentie per de hierboven aangegeven datum.